De term stadsgezicht als aanduiding van een genre in de schilderkunst ontstond pas rond 1800. Daarvoor werden termen gebruikt als konterfeitsel, wat eigenlijk portret betekent, of simpelweg afbeelding. Ook de term landschap werd wel gebruikt, zeker in die gevallen waarbij de stad van afstand werd weergegeven en andere onderdelen van het schilderij leek te domineren zoals het geval is bij “Gezicht op Haarlem” van Jacob van Ruisdael. In gevallen waarbij de stad van naderbij werd afgebeeld sprak men van perspectief, doorzicht of straatje (Straatje van Vermeer). Tot halverwege de 17e eeuw kwam het genre als specialisme weinig voor. Bekender waren genres als historiestukken, landschappen en stillevens.